Welk IQ heeft een leerling gemiddeld per leerniveau?

Nathalie

Het voortgezet onderwijs in Nederland is ingedeeld in verschillende niveaus. Afhankelijk van je capaciteiten ontvang je in groep 8 een advies voor een bepaald leerniveau. Elk leerniveau kan gekoppeld worden aan een gemiddeld IQ: een vmbo-t leerling heeft bijvoorbeeld een gemiddeld IQ tussen de 100 en 107, een havoleerling tussen de 108 en 115 en een vwo-leerling heeft een gemiddeld IQ vanaf 118. Een gemiddeld IQ zegt natuurlijk lang niet alles. In de praktijk zitten er bijvoorbeeld ook leerlingen met een hoger IQ op het vmbo en de havo, omdat ze bijvoorbeeld leerproblemen ervaren of langdurig ziek zijn. En andersom zitten er ook leerlingen op het vmbo die later tóch hun havo- of vwo-diploma halen! Lees verder om nóg meer te ontdekken over het IQ!

Wat zegt het IQ?

De term IQ is een afkorting van Intelligentie Quotiënt. Het IQ geeft je cognitieve intelligentie weer in verhouding tot de rest van de bevolking. In het schema hieronder zie je dat de IQ-scores globaal ingedeeld kunnen worden in verschillende groepen: zeer zwak begaafd, zwak begaafd, normaal, intelligent begaafd, zeer intelligent/hoogbegaafd.

Bron: SLO.nl

Het is belangrijk om te vermelden dat een IQ-test slechts een momentopname is. De uitslag kan variëren, omdat deze bijvoorbeeld afhankelijk is van je gemoedstoestand gedurende de afname van de test, net als de connectie die je ervaart met de persoon die de test afneemt. Een IQ-test is slechts een van de middelen om te onderzoeken wat het potentieel van iemand is.

IQ is niet doorslaggevend voor succes

Hoewel IQ-scores nuttig kunnen zijn voor bepaalde doeleinden, moeten ze altijd worden gezien in de context van andere informatie over het individu. Je emotionele intelligentie (EQ), je creatieve denkvermogen en je sociale en praktische vaardigheden kunnen niet gemeten worden, maar zijn wel belangrijke componenten voor persoonlijk succes.  Als je bijvoorbeeld nog nooit hebt geleerd om door te zetten als iets moeilijk wordt of om met strakke deadlines om te gaan, dan behaal je minder snel je doelen in je (werkende) leven. Gelukkig mag je je hele leven lang leren en heb je zeeën van tijd om hard te werken aan de ontwikkeling van je vaardigheden. En vergeet vooral niet dat leren altijd gepaard gaat met vallen en opstaan. Van het maken van fouten leer je ontzettend veel, dus leer dat ook te omarmen op jouw eigen unieke pad van leren en ontwikkelen!

Hoe wordt het IQ berekend?

Het IQ kan gemeten worden met gestandaardiseerde tests, zoals bijvoorbeeld de WISC (Wechsler Intelligence Scale for Children). In deze tests worden verschillende aspecten van je intelligente onderzocht, waaronder verbaal begrip, visueel-ruimtelijk redeneren, werkgeheugen en verwerkingssnelheid. Een IQ-test wordt altijd afgenomen door een gekwalificeerde professional, zoals bijvoorbeeld een (school-)psycholoog of een orthopedagoog.

Gemiddeld IQ per leerniveau

Per leerniveau geldt er een gemiddeld IQ:

  • IQ <80 praktijkonderwijs
  • IQ 80 tot en met 90                vmbo basis of vmbo basis/kader
  • IQ 90 tot en met 100              vmbo kader of vmbo kader/theoretisch
  • IQ 100 tot en met 107            vmbo theoretisch tot en met vmbo-theoretisch/havo
  • IQ 108 tot en met 115            havo
  • IQ vanaf 116                               havo/vwo
  • IQ Vanaf 118                              vwo

Bron: NIO (Nederlandse Intelligentietest voor Onderwijsniveau)

In de praktijk komt het regelmatig voor dat leerlingen onderwijs volgen dat hoger of lager ligt dan het niveau dat volgens bovenstaande lijst bij hun IQ aan zou moeten sluiten. Dit is bijvoorbeeld het geval, omdat een leerling leer-, motivatie- of persoonlijke problemen heeft langdurig ziek is. Soms stromen leerlingen met een lager IQ dan gemiddeld ook door naar een hoger leerniveau, omdat ze super hard werken en op wilskracht en doorzettingsvermogen – en soms een paar jaar extra- toch graag hun havo- of vwo-diploma willen halen.

Tot slot geldt; wat je IQ ook is, elk mens is uniek en heeft eigen passies en kwaliteiten. Iedereen oefent, leert en groeit op zijn eigen manier!

Wanneer blijf je zitten op de middelbare school?

Nathalie

Soms kan het spannend worden aan het eind van het schooljaar! Je cijferlijst ziet er niet uit zoals je gehoopt had… Misschien was je inzet niet voldoende of was je bijvoorbeeld vaak ziek. Sommige leerlingen kunnen de laatste proefwerkweek nog een ‘inhaalrace’ doen, maar helaas is dat niet voor iedereen een optie. Je zult dan moeten dealen met de realiteit: je blijft zitten! De regels voor wanneer je moet blijven zitten kunnen verschillen per school. De middelbare school mag deze zelf bepalen. Je vindt de regels voor de overgang – de overgangsnormen- terug in de schoolgids. Lees verder om alles te weten te komen over het ‘blijven zitten’ op de middelbaren school!

Wanneer blijf je zitten op de middelbare school?

Wanneer je blijft zitten hangt af van de regels die jouw middelbare school hiervoor heeft opgesteld. In Nederland bepalen de middelbare scholen dus zelf de overgangsnormen. Het is handig om deze normen goed te bestuderen aan het begin van het schooljaar, zodat je precies weet waar je op moet letten om juist wél over te gaan! Een voorbeeld van overgangsnormen van een school die met cijfers werkt is:

  • maximaal twee cijfers lager dan 6, waarvan ten hoogste één 4
  • maximaal één vijf voor Nederlands, Engels, wiskunde
  • gemiddelde van alle jaarrapportcijfers niet lager dan 6,0
  • een 3 is niet toegestaan
  • voldaan aan alle verplichtingen t.a.v. handelingsdelen, praktische opdrachten, verslagen e.d.

Je vindt de regels voor het blijven zitten op jouw school terug in de schoolgids. Naast de vaststaande overgangsnormen van de school vinden er aan het einde van het jaar ook nog overgangsvergaderingen plaats. Docenten bespreken hier de resultaten, de werkhouding en de persoonlijke groei van alle leerlingen en besluiten hier samen (soms in samenspraak met de ouders/verzorgers) of leerlingen overgaan of niet.

Is blijven zitten erg?

De meeste leerlingen balen ontzettend als ze te horen krijgen dat ze blijven zitten. Je zit niet meer in de klas bij je vrienden en je zult al de lesstof weer opnieuw voorbij zien komen… De eerste weken in de nieuwe klas zijn vaak wel stressvol, maar de meeste leerlingen vinden hun draai na een tijdje wel weer. Het kan erg demotiverend zijn om te blijven zitten, maar er zitten ook positieve kanten aan. Doordat je de lesstof al een keer gezien hebt sta je al met 1-0 voor op je nieuwe klasgenoten; je voorkennis kan je zelfvertrouwen een boost geven en tot betere resultaten leiden! En heb je nooit die hechte vriendschap gevonden waar je altijd op hoopte? Een nieuwe klas biedt nieuwe kansen!

Hoe kan je zorgen dat je wél overgaat?

Hangt je overgang van de ene klas naar de andere aan een zijden draadje? Vat de koe bij de horens en ga ervoor nu het nog kan! Een aantal tips die ervoor kunnen zorgen dat je wél overgaat:

  • Neem bijles! Op StudyGo kun je online bijles nemen in het vak waar jij nog moeite mee hebt. Een professionele bijlesdocent motiveert jou om door te zetten en biedt jouw precies de juiste ondersteuning die jij nodig hebt om door te stromen naar het volgende leerjaar!
  • Analyseer samen met je mentor en/of je ouders waar het door komt dat je niet voldoende resultaat boekt: investeer je nog niet genoeg tijd, raak je snel afgeleid, heb je moeite met bepaalde lesstof? Probeer vervolgens samen na te denken over passende ondersteuning bij jouw (leer-)probleem!
  • Oefen zelf extra met de lesstof die jij nog lastig vindt, bijvoorbeeld voor de vakken wiskunde, economie ou Alemão. Het is daarbij belangrijk om te ontdekken hoe jij effectief leert; hier bestaan vele manieren voor! Het kan nuttig zijn om hierover te lezen en zo te ontdekken welke manier van studeren bij jou leidt tot hogere cijfers.

Hoeveel uur mag je ziek zijn op de middelbare school?

Nathalie

Je wordt wakker en je voelt je ziek. Wat nu? Je vader, moeder of verzorger meld je eenvoudig ziek via de app of met een telefoontje naar school! Maar er zijn ook leerlingen die wel eens ‘schoolziek’ zijn en er dus geen geldige reden voor hebben om thuis te blijven. School is verplicht om spijbelen te melden als een leerling 4 lesweken na elkaar in totaal 16 uren les- of praktijktijd afwezig was. En als een leerling minimaal 4 aaneengesloten schoolweken (28 kalenderdagen) continu afwezig en jonger dan 23 jaar is. De melding van verzuim wordt doorgestuurd naar de leerplichtambtenaar van de gemeente. Deze start een onderzoek om te bekijken waarom deze leerling niet naar school komt en kijkt hoe deze leerling geholpen kan worden. Lees verder als je alles te weten wil komen over de verschillende soorten verzuim op de middelbare school!

Wat is leerplicht verzuim?

In Nederland moeten kinderen en jongeren verplicht naar school als ze tussen de 5 en 18 jaar oud zijn. Dit wordt ook wel de leerplicht genoemd. Als je zonder geldige reden niet aanwezig bent op school dan is er sprake van leerplicht verzuim.

Wat valt onder ongeoorloofd verzuim?

Er bestaan twee soorten verzuim op de middelbare school:

  • Geoorloofd verzuim: de leerling heeft een geldige reden om niet naar school te gaan. Moet je bijvoorbeeld naar de dokter of de tandarts of zijn je opa en oma 40 jaar getrouwd dan kun je vrijstelling krijgen van de plicht om naar school te gaan. Geldige redenen voor geoorloofd verzuim zijn:

    – ziekte/afspraak dokter, tandarts e.d. ;
    – schorsing;
    – religieuze feestdag;
    – huwelijk;
    – begrafenis.

Je vraagt dit verlof op de meeste scholen aan via de website of app van de school of via contact met de leerlingcoördinator.

  • Ongeoorloofd verzuim: de leerling is niet op school zonder dat hiervoor een geldige reden is. Als een leerling een aantal lesuren niet aanwezig is, dan neemt de school contact op met de leerling en ouders/verzorgers om dit te bespreken. Als een leerling té vaak afwezig is dan schakelt school de leerplichtambtenaar in. De leerplichtambtenaar gaat dan samen met school, ouders en de leerling bekijken waarom de leerling niet naar school komt en biedt hulp aan om ervoor te zorgen dat de leerling in de toekomst weer gewoon volledig aanwezig kan zijn op school.

Wat is de straf als je teveel spijbelt?

Spijbelen mag niet, dat weet iedereen! Gebeurt het toch een paar keer dan geeft school je meestal een passende straf in de vorm van bijvoorbeeld een schoonmaakklus of je moet je je de volgende dag om 8 uur ’s ochtends melden. In de schoolgids van jouw school kun je teruglezen wat de exacte regels zijn rondom spijbelen. Als je vaker spijbelt dan worden je ouders ook ingelicht en gaat school in gesprek met jou en je ouders om te kijken hoe jullie er samen voor kunnen zorgen dat je niet meer spijbelt en alle lesuren aanwezig bent.

Wanneer wordt spijbelen gemeld bij DUO?

Als een leerling 4 lesweken na elkaar in totaal 16 uren les- of praktijktijd afwezig was dan is school verplicht om het spijbelen door te geven aan DUO (een organisatie die vanuit de overheid verschillende onderwijswetten- en regelingen uitvoert voor het onderwijs). DUO stelt de leerplichtambtenaar bij de gemeente op de hoogte van het spijbelen.

School, de overheid en de leerplichtambtenaar

Ben jij thuis mantelzorger (je geeft dan zorg aan iemand uit je direct omgeving), word je gepest, ben je heel vaak ziek of zit je om een of andere reden niet goed in je vel en ben je daarom (soms) niet in staat om naar school te gaan? Trek op tijd aan de bel en vraag – samen met je ouders/verzorgers- hulp op school! Iedereen zal je een luisterend oor bieden en samen met jou bekijken hoe je tóch onderwijs kunt volgen.

Wat is een decaan op de middelbare school?

Nathalie

Zodra de bovenbouw van de middelbare school in zicht komt mag je gaan beslissen welk profiel je kiest en welke keuzevakken je wilt gaan volgen. Je mag daarnaast ook al na gaan denken over een vervolgopleiding. Het maken van al deze belangrijke keuzes kan soms behoorlijk lastig zijn! Gelukkig is er daarom op elke school een steun en toeverlaat voor al je vragen: de decaan. De decaan geeft je informatie over de verschillende opleidingen en beroepen en helpt je bij het ontdekken van je interesses en je kwaliteiten. Wil je ontdekken wat een decaan nu precies allemaal doet op de middelbare school? Lees dan snel verder!

Wat is een decaan op de middelbare school?

Een decaan werkt op een middelbare school en helpt leerlingen met hun loopbaan oriëntatie en bij het kiezen van vakken of een profiel. De decaan is er niet alleen voor leerlingen, maar beantwoord ook vragen van mentoren en ouders, zodat ook zij hun kinderen en leerlingen optimaal kunnen begeleiden bij het vinden van een vakkenpakket en toekomstige opleiding die het beste aansluit bij hun capaciteiten, interesses en kwaliteiten.

Wat doet een decaan op een middelbare school?

De taken van een decaan hebben allemaal te maken met het – direct of indirect- ondersteunen van leerlingen bij het maken van de juiste keuze voor een vervolgopleiding (bijvoorbeeld mbo, hbo of universiteit). Een greep uit het takenpakket van de decaan:

  • het delen van informatie over verschillende opleidingen, beroepen en arbeidsmarktontwikkelingen en het onderhouden van een goede relatie met vervolgopleidingen, bedrijven en instellingen om actuele informatie en mogelijkheden voor stages of projecten aan te bieden;
  • het geven van ondersteuning aan leerlingen (en hun ouders en mentoren) bij het kiezen van het juiste profiel in de bovenbouw én bij het kiezen van een vervolgopleiding passend bij hun interesses, talenten en capaciteiten;
  • het organiseren van activiteiten, zoals voorlichtingsavonden, beroepenmarkten en workshops die leerlingen helpen bij hun studiekeuzeproces;

Met welke vragen kan je bij de decaan terecht?

Een decaan is er om jou te helpen en beantwoord ál je vragen die te maken hebben met je profielkeuze en je opleidings-/beroepskeuze! Als je twijfelt over je profielkeuze of over je keuze voor een vervolgopleiding dan kun je contact opnemen met de decaan op jouw school. In een persoonlijk gesprek kun je tips ontvangen die je helpen bij het maken van de juiste keuze, zoals bijvoorbeeld het maken van online tests die je meer inzicht geven in wie je bent, waar je goed in bent en wat je leuk vindt om te doen.

StudyGo kan je ook ondersteunen bij het maken van de juiste profielkeuze. Twijfel je bijvoorbeeld tussen twee profielen of tussen bepaalde vakken? Blader eens door de oefenvragen en toetsen van de bovenbouw om een goede indruk te krijgen van wat de verschillende vakken van je vragen!

Gymnasium of vwo: wat is het verschil?

Nathalie

Veel mensen weten niet precies wat nu eigenlijk het verschil is tussen het gymnasium en het vwo. Er ontstaat vaak verwarring tussen de woorden vwo, gymnasium en atheneum. Het is gelukkig eenvoudig uit te leggen! Het vwo is een onderwijsniveau op de middelbare school in Nederland. Er bestaan binnen het vwo twee stromingen: het atheneum en het gymnasium. Het niveau van de twee opleidingen is gelijk. Het enige verschil is dat je op het gymnasium ook Latijn en Grieks krijgt en bij het atheneum niet. Lees verder en ontdek alles over het gymnasium en het atheneum!

Wat is het gymnasium?

Het gymnasium is een van de twee stromingen binnen het onderwijsniveau vwo (het voortgezet wetenschappelijk onderwijs). Op het gymnasium krijg je, naast het reguliere vakkenpakket van het atheneum, les in de klassieke talen Latijn en Grieks. Iedereen die in groep 8 een vwo-advies krijgt mag zich aanmelden voor het gymnasium.

Wat is het verschil met het vwo?

Het gymnasium duurt, net als het atheneum, 6 jaar en het niveau van deze opleiding is exact hetzelfde als het atheneum. Beide opleidingen leiden tot een vwo-diploma waarmee je door kunt stromen naar een universiteit. Het grote verschil tussen het  gymnasium en het atheneum is dat het gymnasium twee extra verplichte vakken heeft: Latijn en Grieks. Op sommige scholen worden op het gymnasium ook nog extra keuzevakken aangeboden zoals bijvoorbeeld filosofie, debat, toneel of Spaans.

Wat heb je aan het gymnasium?

Er zijn meerdere redenen op te kiezen voor het gymnasium, onder andere omdat:

  • veel gymnasia kleinere klassen hebben en meer persoonlijke aandacht bieden, wat kan bijdragen aan een betere leerervaring;
  • het bestuderen van klassieke talen interesse en waardering voor literatuur, historie, kunst en cultuur stimuleert;
  • het curriculum van het gymnasium leerlingen helpt  bij het ontwikkelen van sterke studievaardigheden, zoals kritisch denken, probleemoplossend vermogen en zelfstandig leren;
  • het gymnasium vraagt om veel inzet en doorzettingsvermogen, wat bijdraagt aan de persoonlijke groei en ontwikkeling van leerlingen.

Wanneer kiezen voor gymnasium?

Voor leerlingen die geïnteresseerd zijn in taal en cultuur kan het gymnasium de nodige uitdaging en verrijking bieden. Het gymnasium biedt ook een goede voorbereiding op universitaire studies; de kennis en vaardigheden die je opdoet kunnen je soms voordelen opleveren als je kiest voor universitaire studies in de geesteswetenschappen, rechten of geneeskunde.

Of je nu op het gymnasium zit of op het atheneum; voor alle vwo-leerlingen heeft StudyGo eindeloos veel online oefenmateriaal beschikbaar. Wil je ook hogere cijfers halen? Start dan nu met oefenen!

Verschil havo en vwo

Nathalie

De havo en het vwo zijn twee niveaus op de middelbare school in Nederland. Het vwo duurt een jaar langer dan de havo en de studiedruk ligt ook iets hoger. Op het vwo wordt de lesstof namelijk sneller behandeld, er wordt nog dieper ingegaan op de lesstof en er wordt – nog meer dan op de havo – een beroep gedaan op inzicht en de ontwikkeling van analytische vaardigheden. Wil je nog meer weten over de verschillen tussen havo en vwo? Lees dan snel verder!

Wat krijg je op het havo en vwo?

Op de havo en het vwo krijgen leerlingen veelal dezelfde vakken aangeboden, maar de lessen verschillen per niveau van elkaar in diepgang en tempo. Leerlingen op de havo en het vwo krijgen de verplichte basisvakken als Dutch, English en wiskunde aangeboden en andere vakken zoals Alemão, French en lichamelijke opvoeding. In de bovenbouw zijn ook vakken als maatschappijleer en culturele en kunstzinnige vorming (CKV) verplicht. In de bovenbouw kiezen zowel de havoleerlingen als de vwo-leerlingen een profiel en krijgen ze – naast de verplichte basisvakken- les in de vakken die passen bij het gekozen profiel.

Waar zitten de verschillen in?

De verschillen tussen de havo en het vwo zitten vooral in de hoeveelheid lesstof en het tempo waarin de lesstof wordt behandeld. De meeste leerlingen ervaren in de onderbouw nog niet zo’n grote verschillen als ze de havo en het vwo met elkaar vergelijken, maar in de bovenbouw lopen de niveaus steeds verder uit elkaar. Op veel scholen zie je dat er in de eerste jaren dezelfde (online) lesboeken worden gebruikt en richting de bovenbouw verandert de inhoud van de lesstof en de hoeveelheid, het tempo en ook de wijze waarop er vragen worden gesteld over de lesstof. De havoleerling bouwt een brede algemene vorming op met meer nadruk op toepassingsgerichte kennis en vaardigheden. Op het vwo ligt de nadruk meer op abstract denken en op de ontwikkeling van analytische vaardigheden.

Wanneer kiezen voor havo?

In groep 8 ontvangen alle leerlingen een schooladvies. Met een havo-advies of een havo/vwo-advies kies je voor het schoolniveau havo. Als je relatief hoge cijfers haalt op het vmbo-t dan bestaat er vaak ook de mogelijkheid om door te stromen naar de havo.

Wil je als een speer toewerken naar het succesvol behalen van je havo-diploma? Oefen dan naar hartelust op StudyGo!

Wanneer kiezen voor vwo?

Je kiest voor het vwo als je een havo/vwo-advies of een vwo-advies hebt ontvangen aan het einde van de basisschoolperiode. Je kunt in de loop van je middelbare schoolcarrière ook altijd nog doorstromen van de havo naar het vwo indien je resultaten bovengemiddeld zijn.

Kun je nog wel wat hulp gebruiken bij een van de vakken op het VWO? StudyGo biedt je oefenvragen en oefentoetsen die perfect aansluiten op de lesmethodes die jouw school gebruikt. Start vandaag nog met oefenen en geef je cijfers een boost!

Wat kan je met het vmbo?

Nathalie

Yes, dat vmbo-diploma is op zak! En wat nu? Het vmbo is omvangrijk in het aantal leerwegen en biedt vele mogelijkheden voor vervolgopleidingen en carrière! Afhankelijk van de gekozen leerweg, kunnen leerlingen zich voorbereiden op zowel praktische beroepen als theoretische vervolgstudies. Na het vmbo gaan veel leerlingen naar het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) om een beroep te leren. Het is ook mogelijk om na het bepalen van je vmbo-t-diploma door te stromen naar de havo. Wil je alles te weten komen over wat je kunt met het vmbo-diploma? Lees dan verder en ontdek ook hoe StudyGo je kan ondersteunen!

Wat leer je op het vmbo?

Het vmbo stoomt leerlingen klaar voor een mbo-opleiding. Er bestaan vier leerwegen op het vmbo: de basisberoepsgerichte leerweg, de kaderberoepsgerichte leerweg, de gemengde leerweg en de theoretische leerweg. In de onderbouw volgen de leerlingen van alle leerwegen dezelfde vakken (bijvoorbeeld Dutch, English en wiskunde), maar het onderwijs verschilt per leerweg in niveau en in de mate waarin het beroepsgericht of juist meer theoretisch gericht is. In de bovenbouw volgen de leerlingen, naast de verplichte vakken, ook vakken die aansluiten bij hun profielkeuze.

De mogelijkheden voor profielkeuze in de basisberoepsgerichte, de kaderberoepsgerichte en de gemengde leerweg zijn heel divers:

  • Bouwen, wonen en interieur;
  • Produceren, installeren en energie;
  • Mobiliteit en transport;
  • Media, vormgeving en ICT;
  • Maritiem en techniek;
  • Zorg en welzijn;
  • Economics en ondernemen;
  • Horeca, bakkerij en recreatie;
  • Groen;
  • Dienstverlening en producten.

In de theoretische leerweg zijn er 4 profielen:

  • Landbouw (Groen).
  • Techniek;
  • Zorg en welzijn;
  • Economie.

Welke vervolgopleidingen kan je doen met het vmbo?

Als troste eigenaar van je vmbo-diploma kun je vele kanten op! Je kunt kiezen uit talloze opleidingen die je klaarstomen voor een beroep dat past bij jouw passies en interesses.  

De mbo-opleidingen zijn, net als de vmbo-opleidingen, ingedeeld in niveaus:

  • niveau 1: entreeopleiding voor leerlingen zonder VMBO-diploma, toegang tot basisberoepsgerichte beroepen voor eenvoudig uitvoerend werk (duur: een jaar);
  • niveau 2: basisberoepsopleiding voor uitvoerend praktisch werk (duur: twee tot drie jaar);
  • niveau 3: vakopleiding tot zelfstandig beroepsbeoefenaar > zelfstandig uitvoerend werk, brede inzetbaarheid (duur: twee tot vier jaar);
  • niveau 4: middenkaderopleiding (duur: drie tot vier jaar) en specialistenopleiding (duur: één tot twee jaar) > volledig zelfstandig uitvoerend werk, brede inzetbaarheid of specialisatie.

Welke beroepen passen daarbij?

De beroepen die je kunt gaan uitvoeren na je mbo-opleiding zijn al net zo divers als het aantal opleidingen dat je kunt gaan volgen na je vmbo. Heb je gekozen voor een vervolgopleiding die meer praktisch gericht is, dan kun je bijvoorbeeld gaan werken als bakker, koerier, bouwvakker of pedicure. Is je vervolgstudie meer theoriegericht, dan kun je bijvoorbeeld aan de slag gaan als bouwkundig tekenaar, media vormgever, expert IT of specialist legal.

Doorstroom naar de havo

Heb je bovengemiddelde resultaten in de onderbouw op het vmbo? Het is dan mogelijk om tussentijds door te stromen naar de havo. Op sommige middelbare scholen bestaat hier een schakelklas voor; leerlingen met vmbo-t/havo-advies worden hier extra ondersteunt bij de keuze voor het best passende niveau. Leerlingen kunnen ook na het behalen van hun vmbo-diploma doorstromen naar de havo. Zij moeten dan voldoen aan de eisen van toelating van de (havo-)school.

StudyGo kan je ook ondersteunen bij een mogelijke doorstroom van vmbo-t naar de havo. Je kunt heel eenvoudig switchen tussen het online oefenmateriaal per niveau. Het oefenen op StudyGo kan je dus perfect helpen om nog meer zicht te krijgen op welk niveau uiteindelijk het beste aansluit bij jouw kwaliteiten en capaciteiten!

Extra hulp nodig? StudyGo biedt ook online bijles aan!

Alles over de havo

Nathalie

De havo is een van schoolniveaus op de middelbare school in Nederland. De afkorting staat voor hoger algemeen voortgezet onderwijs. Je start in de brugklas als je ongeveer 12 bent en als je de havo met succes in 5 jaar doorloopt ben je rond de 17 jaar oud als je klaar bent. Als je je diploma op zak hebt, dan kun je een hbo-opleiding gaan volgen of doorstromen naar het vwo. Wil je alles over de havo te weten komen? Lees dan verder!

Wat is de havo?

De havo is een onderwijstraject van 5 jaar en biedt – door de theoretische benadering van de vakken – een sterke basis voor een vervolgstudie in het hoger beroeps onderwijs. Het traject is ingedeeld in 2 fases: de onderbouw (leerjaar 1, 2 en 3) en de bovenbouw (leerjaar 4 en 5). In de onderbouw volgen alle leerlingen nagenoeg dezelfde basisvakken en in de bovenbouw kiezen alle leerlingen een eigen profiel dat het beste aansluit op hun interesses, talenten en capaciteiten. In de bovenbouw volgen de leerlingen naast de basisvakken dan ook keuzevakken.

Hoe lang duurt het?

Het duurt in totaal 5 jaar om je havodiploma te halen. De meeste leerlingen zijn rond de 12 jaar oud als ze starten in de brugklas en ongeveer 17 jaar oud als ze hun havodiploma hebben bemachtigd. De havo zit qua tijdsduur tussen het vmbo (4 jaar) en het vwo (6 jaar) in.

Welke vakken krijg ik op de havo?

In de onderbouw van de havo volgen leerlingen een breed basisprogramma met ten minste de volgende verplichte vakken:

  • rekenen;
  • wiskunde;
  • mens en natuur;
  • mens en maatschappij;
  • kunst en cultuur;
  • bewegen en sport;
  • Alemão en French. Of 1 andere officiële taal;
  • in Friesland: Friese taal en cultuur.

In de bovenbouw volgen de leerlingen de vakken die aansluiten op hun profielkeuze en daarnaast volgt elke havoleerling de volgende verplichte vakken:

  • lichamelijke opvoeding;
  • Nederlandse taal en literatuur;
  • Engelse taal en literatuur;
  • Wiskunde of rekenen voor leerlingen met profiel ‘economie en maatschappij’ die geen wiskunde volgen;
  • maatschappijleer;
  • culturele en kunstzinnige vorming (ckv).

Uit welke profielen kan ik kiezen?

In het derde jaar van de havo kiezen leerlingen een profiel. De school ondersteunt leerlingen in het derde leerjaar uitvoerig bij het maken van hun keuze, omdat deze bepalend kan zijn voor je vervolgopleiding en je toekomstige werk. Er zijn vier verschillende profielen waar leerlingen uit kunnen kiezen:

  – Natuur en Techniek (N&T): richt zich op exacte vakken zoals wiskunde, natuurkunde en scheikunde;

  – Natuur en Gezondheid (N&G): richt zich op vakken zoals biologie, scheikunde en wiskunde, met een focus op de gezondheidszorg;

  – Economie en Maatschappij (E&M): richt zich op vakken zoals economie, maatschappijleer en geschiedenis, met een focus op economische en sociale vraagstukken;

  – Cultuur en Maatschappij (C&M): richt zich op vakken zoals kunstgeschiedenis, literatuur en cultuur, met een nadruk op cultuur en kunst.

Naast de verplichte vakken in het profiel, moeten  leerlingen met de profielen Natuur en techniek, Natuur en gezondheid en Economie en maatschappij 1 profielkeuzevak doen. Leerlingen met het profiel Cultuur en maatschappij moeten 2 profielkeuzevakken doen: een cultuur profielkeuzevak en een maatschappelijk profielkeuzevak. Op de havo moet je ook verplicht een profielwerkstuk maken.

Wanneer ben je geslaagd voor de havo?

Aan het einde van het vijfde leerjaar doen de havoleerlingen hun eindexamen in 7 vakken. Het eindexamen bestaat uit schriftelijke toetsen en soms ook uit mondelinge examens. De centrale examens worden afgenomen door het College voor Toetsen en Examens (CvTE) en zijn exact hetzelfde voor alle scholen. Alle havoleerlingen maken dus hetzelfde centrale eindexamen voor de basisvakken en de vakken in het profiel van hun keuze.

Je slaagt voor het eindexamen havo wanneer je gemiddeld een voldoende haalt voor alle vakken van het centraal examen én:

  • je mag daarbij maximaal één 5 als eindcijfer halen voor een van de kernvakken;
  • je mag je voor maximaal 2 vakken een onvoldoende als eindcijfer hebben;
  • je moet een voldoende of goed hebben voor lichamelijke opvoeding.

Om te slagen moet je ook een voldoende halen voor het profielwerkstuk dat je maakt in je laatste schooljaar.

Het behalen van het havodiploma biedt toegang tot het hoger beroepsonderwijs (hbo) en het biedt de mogelijkheid om door te stromen naar het vwo.

Op StudyGo kun je als havoleerling vele oefenopdrachten en oefentoetsen maken die je helpen op weg naar het diploma. Het studeren met StudyGo is bewezen effectief. Probeer het ook; het zal je resultaten op school binnen no-time laten shinen!

Welke middelbare schoolniveaus zijn er?

Nathalie

In Nederland bestaan er verschillende middelbare schoolniveaus: praktijkonderwijs, vmbo, havo en vwo. Deze niveaus zijn nauwkeurig afgestemd op de capaciteiten en behoeften van leerlingen. In groep 8 wordt in samenspraak besloten welk niveau voor jou in eerste instantie het beste past. Als je eenmaal op de middelbare school zit dan bestaat er altijd nog de mogelijkheid om na verloop van tijd toch een niveau lager te gaan of juist een niveau hoger. Wil je meer weten over de verschillende middelbare schoolniveaus? Lees verder!

Middelbare schoolniveaus van laag naar hoog

Hieronder vind je een overzicht van de middelbare schoolniveaus van laag naar hoog. Zo ontdek je zelf de verschillen!

Vso

De afkorting vso staat voor voortgezet speciaal onderwijs. Deze vorm van onderwijs is gericht op leerlingen die vanwege hun beperkingen niet kunnen functioneren op een reguliere middelbare school. Het vso biedt aangepaste lesprogramma’s en -methodes die zijn afgestemd op de behoeften van deze leerlingen.

Praktijkonderwijs

Het praktijkonderwijs is bedoeld voor leerlingen die niet in staat zijn om het reguliere voortgezet onderwijs succesvol af te ronden. Deze vorm van onderwijs biedt hen een alternatieve weg om hun talenten te ontwikkelen en zich voor te bereiden op een plek in de samenleving.

Vmbo

De afkorting vmbo staat voor voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs. Om tegemoet te komen aan de behoefte van elke leerling is het vmbo opgedeeld in vier verschillende leerwegen van laag naar hoog:

  • De basisberoepsgerichte leerweg. Dit niveau bereidt leerlingen voor op praktische beroepen.

  • De kaderberoepsgerichte leerweg: Dit niveau biedt een iets bredere theoretische basis dan de basisberoepsgerichte leerweg en bereidt voor op meer uiteenlopende beroepen.

  • De gemengde leerweg: Deze leerweg biedt een combinatie van theorie en praktijk en leidt doorgaans naar een mbo-opleiding op niveau 4.
  • De theoretische leerweg. Dit niveau is meer theoretisch en biedt een goede voorbereiding op vervolgonderwijs zoals mbo (middelbaar beroepsonderwijs) of op een doorstroming naar de havo.

Het vmbo-programma duurt vier jaar voor alle bovenstaande leerwegen. De meeste leerlingen zijn rond de 16 jaar oud als ze hun diploma ontvangen.

Volg jij de theoretische leerweg? Er staan vele oefenvragen en oefentoetsen voor je klaar op StudyGo. Haal het beste uit jezelf!

Havo

De afkorting havo staat voor hoger algemeen voortgezet onderwijs. Dit schoolniveau is gericht op een algemene theoretische vorming en bereidt leerlingen voor op het hoger beroepsonderwijs (hbo). Op de havo duik je meer de theorie in dan op het vmbo; de lesstof is complexer, je krijgt minder instructie en werkt vaker zelfstandig. Het havo-programma duurt vijf jaar. De meeste leerlingen zijn rond de 17 jaar oud als ze hun diploma ontvangen.

Zit je op de havo en zou je graag hogere cijfers willen halen? StudyGo staat tot je dienst met oefenmateriaal dat perfect aansluit op de boeken die jij op school gebruikt!

Vwo en gymnasium

De afkorting vwo staat voor voorbereidend wetenschappelijk onderwijs. Dit niveau richt zich op een brede en diepgaande theoretische opleiding en bereidt leerlingen voor op een studie aan de universiteit. Het vwo-programma duurt zes jaar. Er bestaan twee leerwegen: het gymnasium (met klassieke talen) en het atheneum (zonder klassieke talen). Op het vwo ligt het tempo nog hoger dan op de havo en de lesstof is nog complexer. Je leert hier om abstract te denken en je analytische vaardigheden worden steeds verder ontwikkeld. Het vwo-programma duurt in totaal zes jaar. De meeste leerlingen zijn rond de 18 jaar oud als ze hun diploma ontvangen.

Als je wel wat hulp kunt gebruiken op weg naar jouw vwo-diploma, dan staat StudyGo altijd voor je klaar. Volg online bijles bij een van de professionele bijlesdocenten ou oefen online en maak jezelf trots!

Schoolniveau’s op StudyGo

StudyGo biedt oefenmateriaal aan voor de middelbare schoolniveaus  vmbo-t, havo en vwo. Als je op een van deze middelbare schoolniveaus zit, dan kun je op StudyGo eindeloos oefenen met vakken zoals English, Dutch, wiskunde en aardrijkskunde. Voor elk niveau vind je online oefenvragen en proeftoetsen terug die exact zijn afgestemd op de behoeftes van de leerlingen per niveau. En aangezien elke middelbare school weer net andere lesmethodes gebruikt is het oefenmateriaal ook zo goed mogelijk afgestemd op de boeken die in jouw schooltas zitten. StudyGo maakt het leren niet alleen leuker, maar ook zóveel makkelijker!

Alles over het vwo

Nathalie

Het vwo is een van de schoolniveaus van het voortgezet onderwijs (de middelbare school) in Nederland. Het is een opleiding die leerlingen voorbereidt op het wetenschappelijk onderwijs: studeren aan een universiteit. Het vwo is het hoogste schoolniveau op de middelbare school en jaarlijks krijgen ongeveer 20% van de groep 8-leerlingen een vwo-advies. Wil je alles over het vwo te weten komen? Lees verder!

Wat is het vwo?

De afkorting vwo staat voor voorbereidend wetenschappelijk onderwijs. Leerlingen worden voorbereidt op een studie aan de universiteit. Het vwo biedt een academische benadering van onderwijs met een sterke focus op analytisch denken, probleemoplossing, en theoretische kennis. Om goed voorbereidt te zijn op de universiteit wordt leerlingen een brede theoretische basis aangeboden en diepgaande kennis in de vakken waar ze zelf bewust voor kiezen in de bovenbouw.

Hoe lang duurt het?

Het vwo duurt 6 jaar lang. De meeste leerlingen zijn rond de 12 jaar als ze starten en zijn ongeveer 18 jaar als ze hun diploma in ontvangst nemen. Het vwo duurt dus 1 jaar langer dan de havo en 2 jaar langer dan het vmbo.

Welke vakken krijg ik op het vwo?

Het vwo is opgebouwd uit de onderbouw en de bovenbouw. In de onderbouw is het onderwijs gericht op brede basisvorming. De leerlingen volgen een algemeen curriculum met verplichte vakken:

In de bovenbouw kiezen leerlingen voor een bepaald profiel (een vakkenpakket dat aansluit bij de persoonlijke talenten en capaciteiten) en daarnaast volgen ze een aantal verplichte vakken:

  • Nederlandse taal en literatuur;
  • Engelse taal en literatuur;
  • wiskunde;
  • maatschappijleer;
  • culturele en kunstzinnige vorming (ckv). Bij het gymnasium is dit klassieke culturele vorming;
  • lichamelijke opvoeding;
  • 2e vreemde taal bij vwo. Bij het gymnasium is dit Latijn of Grieks.

Uit welke profielen kan ik kiezen op het VWO?

In de bovenbouw kunnen leerlingen kiezen uit verschillende profielen:

   – Natuur & Techniek: richt zich op exacte vakken zoals wiskunde, natuurkunde, scheikunde, en informatica.

   – Natuur & Gezondheid: focus op biologie, scheikunde en wiskunde, met interesse in medische en gezondheid gerelateerde studies.

   – Economie & Maatschappij: combinatie van economie, bedrijfskunde, en sociale wetenschappen zoals geschiedenis en maatschappijleer.

   – Cultuur & Maatschappij: richt zich op vakken zoals kunst, cultuur, en talen, met een focus op geesteswetenschappen en sociale wetenschappen.

Elk profiel is een combinatie van verplichte vakken en keuzevakken. Het is belangrijk voor leerlingen om goede ondersteuning te krijgen bij het maken van de profielkeuze, want deze keuze kan al bepalend zijn voor de voorbereiding op specifieke universitaire studies.

Wanneer ben je geslaagd voor het vwo?

Om je vwo-diploma te halen moet je aan meerdere eisen voldoen. Je moet ten eerste een voldoende halen voor je profielwerkstuk (een onderzoeksproject dat je maakt in je laatste jaar). Ten tweede moeten je cijfers voor het eindexamen voldoende zijn:

  • je moet gemiddeld een voldoende halen voor alle vakken van het centraal examen;
  • je mag maximaal één 5 als eindcijfer halen voor één van de kernvakken;
  • je mag voor hooguit 2 vakken een onvoldoende als eindcijfer hebben;
  • voor lichamelijke opvoeding moet je een voldoende of goed hebben.

Het behalen van het vwo-diploma biedt toegang tot een universitaire studie. Sommige vwo-ers kiezen ervoor om hun vervolgstudie op het hbo te doen.

Op StudyGo kun je als vwo-leerling vele oefenopdrachten en oefentoetsen maken die je helpen op weg naar het diploma. Het studeren met StudyGo is bewezen effectief. Probeer het ook en voor je het weet ben je met vlag en wimpel geslaagd voor het vwo!

pt_BRPortuguês do Brasil